9789033130366

15 informatie bepaalt de ‘attitude’, de houding naar de ander. Tijdens de gesprekken met ambtsdragers benadrukken ze allemaal: ‘Deze jongeren horen bij de kerkelijke gemeente.’ En: ‘Het is belangrijk te beseffen dat zij deel uitmaken van de gemeente.’ Toch ervaren jongeren dit niet altijd: ‘Ik voel me niet begre- pen… ik heb toch geen verstandelijke beperking…?!’ Inreactiehieropgevenambtsdragersaan:‘Ikweetnietaltijd hoe ikhet bestekanhandelen, ik zougraagmeer informatie willen over autisme.’ De jongerengevenophunbeurt aandat ermeer informatie en bekendheid moet zijn binnen de kerkelijke gemeente. Voor de meeste jongeren is dat de motivatie geweest om mee te werken aan dit onderzoek. Meer kennis kan het begrip vergroten voor het denken en handelen van mensen met autisme. Kennis helpt om op de juiste wijze bij hen aan te sluiten. Een van de jongeren reageert: ‘Onder de catechisatie stel ik vragen… laatst hoorde ik dat iemandmij kritisch vindt…Dat bedoel ik niet. Ik wil de dingen gewoon weten!’ Dehouding inhet contactmet jongeren isvangrotebeteke- nis. Het is belangrijk met hen in gesprek te blijven. Bijvoor- beelddoorruimtetegevenvoorhunvragenenbelangstelling en begrip te tonen voor hun ervaringen. Jongeren – al dan niet met autisme – moeten zich veilig en gehoord weten in de kerkelijke gemeente. Gewoontevorming In het leven van mensen met autisme en hun omgeving is er eenzekere spanning. Deze spanning is teomschrijvenals situaties vermijden enerzijds, en de omgeving aanpassen

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==