9789033130656

18 Het eerste. Er is voor hen in dit zesde vers een groot feestmaal uitgedacht – en dat is onze tekst. Het tweede. Er zijn heldere en overvloedige bekendmakingen van Gods raad aangaande hun heil. Die zijn voor hen bedoeld, met wegneming van alle sluiers waardoor vroeger hun licht in deze zakenwerd belemmerd.Het is de sluier, of de bedekking door de natuurlijke duisternis over hun geest, en ook de sluier van duistere afschaduwingen, die slechts een onduidelijke ontdekking boden.Diemoeten echter volgens vers 7weggenomenworden. In overeenstemming daarmee zijn die nu weggenomen, zoals het Nieuwe Testament duidelijk aantoont. Het derde is dat een vollediger overwinning op hun vijanden, hun geeste- lijke vijanden, wordt beloofd in vers 8, 10, 11 en 12. De dood zal verslon- den worden tot overwinning; Moab – in welke benaming al hun vijanden begrepen zijn – Moab, zeg ik, zal door Hem verdorst worden. Midden in dit laatste deel van de profetie, wordt in vers 9 een profetie geplaatst aangaande de vreugde die het teken is van Gods barmhartigheid, liefde en trouw. Hij zal na een lang uitstel en veel belemmeringen al díé dingen vervullen, die de vijanden zullen verwarren en teleurstellen. Die vijanden verweten hun dat ze dingen verwachtten en dat die ten volle beves- tigd zouden worden, bij al hun vrees in de ervaring en de ondervinding van hun eigen ongeloof. Die ingevingen van de vijanden waren er geweest om de belofte vanGod verdacht temaken, en dat ze daaraan zoudenwanhopen. Nu zegt de profeet dat de kerk in die tijd daarover zal triomferen, en wel op betere gronden. De vijanden hadden met hun beschimping te vroeg gejuicht. Dan zal de kerk echter met hen in de poort spreken en met een helder en overtuigend bewijs op al hun ideeën antwoord geven. ‘En men zal te dien dage zeggen: Zie, Deze is onze God; wij hebben Hem verwacht, en Hij zal ons zalig maken.’ Maar om naar onze tekst terug te keren: het zesde vers, dat we gelezen hebben, was tot de Kerk van de oude dag, een profetie of een belofte in figuurlijke bewoordingen, aangaande de rijke voorbereiding van geestelijke weldaden. Het was de bedoeling van de Heere om die voor Zijn volk te bereiden en het in de tijd van het Evangelie daarop te onthalen, in en door de inzettingen van het Evangelie.