61
        
        
          machteloos. Hij kan zichzelf
        
        
          niet helpen. Maar Jezus
        
        
          kan het wel. Vol liefde zegt
        
        
          Hij: ‘Zoon, je zonden zijn je
        
        
          vergeven.’
        
        
          In het hart van de verlamde
        
        
          man komt vrede. Wat is de
        
        
          Heere goed voor hem.
        
        
          In het huis zijn ook farizeeërs
        
        
          en schriftgeleerden. Ze kijken
        
        
          boos naar Jezus. Wat denkt
        
        
          Hij wel! Hoe durft Hij tegen
        
        
          de man te zeggen dat zijn
        
        
          zonden vergeven zijn! Alleen
        
        
          God kan zonden vergeven!
        
        
          De Heere Jezus ziet hun boze
        
        
          gezichten wel en Hij weet
        
        
          wat ze denken. Want Hij is
        
        
          ook God. Hij stelt hun een
        
        
          vraag. ‘Denken jullie dat Ik
        
        
          geen zonden kan vergeven?
        
        
          Wat is makkelijker om te
        
        
          zeggen tegen de verlamde
        
        
          man: “Je zonden zijn je
        
        
          vergeven” of “Sta op en