Genezing door Zijn striemen

7 T EN GELEIDE D EZE zeven preken over Jesaja 52:13-15 en 53 heeft Calvijn aan het begin van het jaar 1558 uitgesproken. Nog in het- zelfde jaar zorgde Conrad Badius ervoor dat ze gedrukt werden. Hij geeft in zijn voorwoord toe dat Calvijn daar geen toestem- ming voor heeft gegeven. De predikant wilde weliswaar niet verhinderen dat de kerk er haar voordeel mee zou doen, maar hij had ze specifiek voor zijn Geneefse kudde gehouden en aan hun bevattingsvermogen aangepast. De preken polijsten, wilde Calvijn ook niet. Hij had er eenvoudigweg geen tijd voor. En als hij dat wel had gehad, zou hij de preken helemaal opnieuw maken. Hij zag er geen heil in om iets wat hij al improviserend had uitgesproken te bewerken. De reden dat Badius de preken toch uitgaf, was dat hij ook ande- ren wil laten delen in de geestelijke rijkdom die zij genoten in Genève, in ‘deze door de wereld verachte en gehate uithoek, die echter kostbaar is voor God’. Hij wijst erop dat de preken zeker wel grondig doordacht zijn. Calvijn schudde geen preken uit zijn mouw die bij ieder Schriftgedeelte gehouden konden worden, aldus Badius. 1 Het is bekend dat Calvijn op zondag uit het Nieuwe Testament preekte en doordeweeks uit het Oude Testament, en daarbij 1. Calvini Opera quae supersunt omnia, red. G. Baum, E. Cunitz, E. Reuss, deel 35, blz. 581-688 voor de uitgave van de zeven preken en het voorwoord van Conrad Badius, online te raadplegen.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==