Dubbel geluk - page 6

11
Tessa ziet in de verte de torens van de stad al. Ze nadert het drukke
kruispunt, waar het verkeerslicht net op oranje springt. Ze doet
haar best om het nog te halen, maar rijdt liever niet door rood.
Uit ervaring weet ze dat er ergens een agent kan opduiken. Ze
trapt boven op haar rem en springt van de fiets.
Dat wordt even wachten, maar Tessa heeft de tijd. Ontspannen
hangt ze voorover op haar stuur en zwaait naar meneer Rozen-
burg die claxonnerend voorbijrijdt. Saskia zit naast haar vader
en steekt lachend haar duim op. Ze gebaart dat ze zo zal bellen.
Tessa is nog maar net het kruispunt over of haar mobiel rinkelt
al. Ze remt af om het toestel uit haar zak te vissen. ‘Hoi, met Tes!’
‘Goed van jou om te stoppen,’ prijst Saskia. ‘Ik had door rood
gesjeesd.’
‘Echt niet! Weet je wat een bekeuring kost?’
‘Nee. Maar gaan we nog een keer iets leuks doen?’
‘Volgende week is dat concert van Thijs.’
‘O ja, dat is waar ook.’
Tessa hoort de aarzeling in Saskia’s stem. ‘Je gaat toch wel mee?’
‘Ik geloof dat ik iets heb.’
‘Je hebt Thijs beloofd om te komen,’ reageert Tessa.
‘Ik kijk nog wel,’ zegt Saskia.
Tessa heeft weinig zin om het er nu over te hebben. ‘Ik ga verder,
Sas!’
‘Oké! Doei!’
Tessa vindt het flauw van Saskia, ze gaat volgende week vast niet
mee. Ze hadden het voor de vakantie duidelijk afgesproken met
Thijs. Hij zou vier kaarten bestellen, voor haar en Iris, voor Anne
en ook voor Saskia.
Intussen trapt Tessa flink door naar de Singel waar Roel woont.
Ze wil nu niet meer aan Saskia denken. Ze zet haar fiets voor het
huis op slot en trekt aan de bel.
1,2,3,4,5 7,8,9,10,11
Powered by FlippingBook