5
e e n
Een stageplaats
Sander staart naar buiten. Langs de grijze, mistroostige lucht
vliegt een troep meeuwen. Op straat is het druk.
Hij let er niet op. Zijn gedachten zijn bij heel andere dingen.
De wiskundeles boeit hem ook niet. Laat hem maar brandjes
blussen bij scheikunde. Veel leuker. De anderenmoetenmaar
rekenen. Rekenen hoeveel brandjes hij kan blussen.
Was de les maar voorbij. Vlammetje heeft beloofd hen na de
les de stageadressen te geven. Hij grinnikt. De bijnaam was al
gauwbedacht toenhundecaanentegelijkhunlerareswiskunde
de eerste schooldag te laat kwam, omdat ze thuis de vlam in de
pan had. Het oranje, opgestoken haar en haar vurige redevoe-
ring voor haar ‘prachtige vak’ maakten het plaatje compleet.
Na de zomervakantie nog een jaar en dan is hij van school af!
Laat hem nu maar stagelopen. Een paar weken geleden heeft
hij in een gesprek met Vlammetje aangegeven waar hij dat wil
doen. Zijn keus was niet moeilijk: bij de brandweer!
Als klein jongetje wilde hij al bij de brandweer. Hij was verzot
opderodebrandweerwagensmethunloeiendesirenes.Al snel
ginghij indeachtertuinzelfvuurtjesmakenomdezevervolgens
met de tuinslang te blussen. Later racete hij op zijn fietsje de
sirenes achterna, om de brandweer aan het werk te zien. Hij
