Zomerzon en vreemde vrienden

14 zijn,’ zegt ze. Floortje kijkt naar de jongen en het meisje. ‘Dat meisje zit verdacht dicht tegen die leuke jongen aan.’ ‘Ja, wat wil je? De knapste jongens zijn altijd bezet.’ Floortje laat zich terugzakken op haar handdoek en is snel weer in gedachten verzonken. Ze schrikt op uit haar gedachten als ze ineens een stem dichtbij hoort. ‘Komen jullie bij ons liggen?’ De jongen staat voor haar. Hij grijnst naar haar alsof ze elkaar al jaren kennen. Ongemerkt schuift Floortje een klein stukje achteruit. Zijn glimlach wordt breder. Hij ziet er aardig uit. ‘Jullie waren eergisteren toch ook in de snackbar?’ ‘Ja zeker,’ zegt Tessa. De lange jongen haalt zijn hand door zijn blonde krullen. In de spiegelende glazen van zijn zonnebril ziet Floortje zichzelf en Tessa zitten. Hij zet zijn zonnebril op zijn hoofd. Hij ziet echt heel bruin, valt Floortje op. ‘Ik ben Milan.’ ‘Ik ben Tessa,’ zegt Tessa meteen. Hij heeft mooie bruine ogen, vindt Floortje. ‘Ik ben Floortje,’ zegt ze. ‘Zijn jullie hier op vakantie?’ Floortje schiet in de lach. ‘Niet echt. Wij zijn hier op ons schip.’ Ze wijst naar de schepen aan de kade. ‘Zijn jullie schippersdochters?’ vraagt hij verbaasd. Floortje en Tessa knikken allebei. Milan fluit tussen zijn tanden. ‘Dus jullie houden van vrijheid en avontuur.’ ‘Klopt helemaal,’ zegt Tessa. Floortje trekt even haar wenkbrauwen op. ‘Ben jij hier ook met een schip?’ wil Tessa weten.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==