9789033130489

16 te blijven. Eén ding moeten we goed beseffen: zonder een nieuw en wedergeboren hart kunnen wij eigenlijk niets. We kunnen niet alleen geen belijdenis doen,maar ook niet recht bidden, bijbellezen, kerkgaan, zingen, werken... ga zomaar door. Alles wat wij doen, is dan zonde. Tóch eist de Heere die dingen van ons. Dat brenge ons in de nood voor Zijn aangezicht, en legge ons daar dat wondere gebed van Augustinus op de lippen: Heere, gééf wat Gij gebiedt – en gebiedt dan wat Gij wilt, en Gij zult nooit tevergeefs gebieden. Ingrijpend Het is altijd weer opnieuw een ingrijpend gebeuren als jonge mensen hun jawoord geven in het midden van de gemeente. Ingrijpend voor henzelf. Niemandmag toch zomaar belijdenis doen, omdat hij wil gaan trouwen, of omdat hij zijn kinderen wil laten dopen, of – treurig als het zo is! – omdat hij ondertussen wel eens van de catechisatie af wil en z’n ouders er steeds over beginnen dat het zachtjesaan tijd wordt. Het is ook een ingrijpend gebeuren voor de ouders. Het is een voor- recht als de kinderen begeren te gaan in de sporen van Schrift en belij- denis waarop door de ouders met alle gebrek is gewezen. Schreef de apostel Johannes niet: ‘Ik heb geen meerdere blijdschap dan hierin, dat ik hoor, dat mijn kinderen in de waarheid wandelen’? Als ze zien op al die tekorten in de opvoeding, in het spreken als ze hadden moeten

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==