-  -
Ruw wordt de sjerp Hendrik van het lijf gerukt.
‘Da’s mooi meegenomen! Nou, die vent komt niet meer bij, mannen.’
De voetstappen verwijderen zich snel. Hendrik slaakt een zucht van verlichting. Dat liep goed
af. Maar wat zou hij graag die soldaten achteraan gaan en zijn sjerp terughalen. Al moest hij er
nog zo hard voor vechten. Die lafaards! Maar het gaat niet. Zijn benen... hij heeft er geen gevoel
meer in.
Weer blijft Hendrik zo stil mogelijk liggen. Wat is er veel gebeurd, denkt hij. Die vreselijke
oorlog. Zal het wel ooit lukken om de Spanjaarden helemaal uit de Nederlanden te verdrijven?
Iedere zomer helpt hij de Hollandse stadhouder Frederik Hendrik. Ze probe-
ren steeds meer steden te veroveren en
de Spanjaarden eruit te jagen.
Nu was het plan om het stadje Hulst in
te nemen. Maar daarvoor moesten eerst
twee sterke forten worden veroverd. Er
waren twee legers gevormd. En Hendrik
moest met zesduizend soldaten op pad
om het sterkste fort in te nemen. Maar
wat was dat moeilijk! Het land was on-
der water gezet en de soldaten konden
bijna niet door de drassige grond heen
komen. En... de Spanjaarden waren te
weten gekomen wat ze van plan waren.
Zij hadden zo veel mogelijk soldaten te
paard naar Hulst laten komen.
1,2,3 5,6,7